vrijdag 28 februari 2014

Of je worst lust

Of je worst lust...


'Hoe is het met je Bep, weer helemaal hersteld?'
Na haar glijpartij heb ik Bep nog maar sporadisch gesproken. 
'Prima meid, ik mag weer alles ete en ik mag ook weer piano spele van de dokter.'
'Speel jij pia ......' 
Bep's gegier doet me realiseren dat ze me weer aardig in de tang heeft.
'Nee lieverd, natuurlijk speel ik geen piano, maar volgens me huisarts mag het wél weer.'

Bep hikt nog even na en snuit haar neus - die meteen flink gaat glimmen- als er een vrouw met een wandelwagen de toiletruimte binnen komt. Het kleine meisje in de wandelwagen heeft een papieren zak van de Hema in haar kleine knuistjes. Moeder legt een muntje op het schoteltje en Bep wijst haar een vrij toilet. 
'Wij passe wel effe op de kleine meid hoor' zegt Bep als ze de deur achter de vrouw sluit. 

'Zo mop, wat heb je daar voor lekkers?' 
Het meisje lacht haar twee voortandjes bloot en schudt als antwoord de papieren zak flink heen en weer. 
Nog voor Bep er een stokje voor kan steken valt er een grote rookworst uit, op de stenen vloer.
Ik trek een vies gezicht als Bep de worst weer terug in het gekreukelde zakje frommelt. 
'Je kan hier van de vloer ete hoor schat,' zegt ze meer tegen mij dan tegen de kleine meid.

'Heb jij lekker worst van mamma gekrege?' vraagt Bep met een hoog stemmetje aan de peuter. 
Deze lacht nogmaals verlegen en trekt onbeholpen de rookworst weer uit het inmiddels gescheurde zakje. 
'Hm, zo lekker,' zegt Bep terwijl ze ter bevestiging met haar hand langs haar wang zwaait. 
'Neem maar een lekker hapje.'

'Ik weet het niet hoor Bep,' val ik haar in de rede, 'maar volgens mij is het niet de bedoeling dat die kleine die hele worst weg werkt. Kijk naar het formaat, volgens mij is hij voor vanavond bij de stamppot.'  
'Waarom laat ze die kleine er dan mee spelen? dan moet ze maar hebben ook.'
Ik weet er niets meer tegen in te brengen en Bep gaat onverschrokken verder.

'Lekker hé moppie, hap, hap, hap ... daar word je groot en sterk van.'
De kleine meid zet haar vlijmscherpe nieuwe voortandjes aan de zijkant van de worst, het vet druipt langs het peuterkinnetje. De vette traktatie valt niet echt in de smaak bij de kleine want ze gruwelt, en spuugt de fijngemalen stukjes worst op de glimmende tegelvloer van Bep. 
Deze kijkt quasi  geschrokken ... 'Och, wat doe je nou schat, je moet wel je mondje leeg eten hoor.
Neem nog maar een lekker happie worrrst.'
'Whost', zegt de kleine en kijkt met een triomfantelijke blik naar Bep. 
'Wat zeg je  ... whost? Nee worst, zeg tante Bep maar na... worrrst,'
'Whostt' zegt de kleine verlegen.
'Nee, worrrrsttt' articuleert Bep nogmaals.

De kleine schatert en zet nogmaals baldadig haar tandjes in de moddervette rookworst.  
Onder de aanmoedigende woorden van Bep knaagt ze driftig door, tot uiteindelijk de worst in twee gehavende stukken breekt. Net op dat moment komt moeder het toilet uit en kijkt geschrokken naar haar dochtertje die nu met een verbaasde blik de stukken worst zit te ontleden. Bep probeert een gierende schaterlach te onderdrukken. 

'O, Mereltje, maar dat was niet de bedoeling,' zegt de vrouw ontdaan. 
'Mereltje had honger denk ik,' oppert Bep droog.
'Worrrstttt,' zegt de kleine met een trotse blik naar haar moeder.'
'Wat zeg je daar?' vraagt moeder verbaast.
'Of je worst lust' zegt Bep, terwijl ze in haar eigen lach dreigt te stikken.
Met haar doekje in de aanslag duikt ze proestend het toilet in. Waar ze zich nog zeker een minuut of tien gierend schuil heeft gehouden. 

© Ingrid Punt februari 2014






dinsdag 25 februari 2014

Rollade

Rollade


"Morgen ben ik wat later hoor mop, ik moet eerst boodschappe doen voor de Bingo.
Ze zijn door de prijze heen.
Tja, ome Jan doet altijd de booschappe hé, maar die is voorlopig effies klaar met bingo."
Bep kijkt me met een verontschuldigende blik aan.

"Klaar met bingo, hoezo Bep?"
Bep's ogen beginnen te glimmen.
"O meid, het is zielig voor ome Jan, maar ik heb gistere toch zo gelache, daar kan ik weer maande op tere."
Ze kijkt me aan alsof ze niet kan wachten met haar relaas.
Niet dat Bep mijn goedkeuring nodig heeft, want vertellen doet ze het toch wel.
"O ja Bep? vertel."

"Nou het was gistere zo druk met bingo. Daar kan ome Jan -hij roept ook de nummertjes om- niet zo goed tege. Een zenuwelijer eersteklas. Maar hij ging lekker, de ene na de andere prijs ging er uit.
Er stond nog een fles advocaat en er lag nog een mooie grote varkensrollade.
Ik zat te spinse op die rollade, want advocaat heb ik genoeg in huis. Uiteindelijk had ik nog maar één nummertje nodig. Hoor ik in ene iemand met een Duits accent "Bingooo!" roepe.
Ja hoor, Antje. Ze komt uit Beiere, woont hier al jaren en een aasgier eerste klas.
Vierentachtig en slecht ter been, maar daar was weinig van te merke. Ze rent naar vore, duwt Jan d'r kaart onder ze neus en trekt meteen die rollade van tafel met d'r inhalige, Beierse graftengels.
Afijn, Jan kijkt grondig d'r kaart na - effe had ik nog de stille hoop dat ze het fout had- maar an d'r oge en gehoor mankeert nog niks. Goedgekeurd! roept Ome Jan. Wil je dat flessie advocaat of de rollade? vraagt ie nog uit goed fatsoen, maar die rollade had ze allang in d'r hongerige handtas gepropt.
Nou en toen begon het gelazer.

Opeens had ze d'r eige weer bedacht. Van schweinebraten kreeg ze ausschlag. Of ze hem mocht ruile für ein hunn.  Ik zag die ouwe al geërgerd kijken. Een hunn? we hebbe geen hunn. Een varkensrollade of een fles advocaat, kieze of dele. Afijn, ze druipt af naar d'r stoel. Ineens ging het lope weer een stuk moeilijker... gewoon effe zielig doen hé.
Jan gaat weer door met ze nummertjes omroepe.
Staat ze ineens weer op, strompelt terug naar de tafel, of ze hem toch nog kon ruile. Ochse was ook goed. Jan ze kop werd vuurrood, stond ze eige vreselijk te verbijte. Hij heb last van ze rikketik hé, dus ik was al een beetje pages. Antje bleef maar drale met die handtas onder d'r arm geklemd. Maar Jan,  ijzere Hein, deed net of ze lucht was en ging gewoon door.

Tien! roept ie, ja hoor, ik had eindelijk bingo. Dus ik stiefel naar vore en geef me kaart af.
Ach met een fles advocaat kan ik nog wel iemand anders gelukkig make.
Maar Antje duwt die rollade weer onder die ouwe ze neus.
Nou wilde ze 'm weer ruile voor die fles advocaat.
Ik denk, al zal ik motte sterve, nou douw je die rollade maar ergens waar de zon niet schijnt.
Zie ik ineens ome Jan naar ze borst grijpe. Ik denk, daar gaat die ouwe ... de pijp uit.
Maar hij haalt diep adem en begint me toch tege Antje te schreeuwe...

"En nou weg weze met je rollade of ik bega een ongeluk!"
Nou, ik heb Antje nog nooit zo snel de kuielatte zien neme.
Jan, helemaal over de rooie, hij had zeker een half uur nodig om bij te komme.
Die fles advocaat heb ik maar an hem gegeve... arme ouwe ziel.

"En hebben jullie nog iets van Antje gehoord Bep?" vraag ik nieuwsgierig,
"Antje? ... Ik hoop dat ze flink ausschlag krijgt."

© Ingrid Punt februari 2014