woensdag 28 augustus 2013

Kleffe handjes


Kleffe handjes

‘Hé schat, weer lekker vrij? jij hebt toch maar een luizenleventje. Ach, je weet wie het zegt hé ?’
Ja ik weet wie het zegt en ik kijk naar haar donkerbruin geverfde haar dat normaal gesproken perfect in de plooi valt maar er nu enigszins verward uitziet net als zijzelf trouwens. Alles blijkt bezet dus om de tijd enigszins te doden en vanwege haar zichtbare ongenoegen vraag ik hoe het met haar gaat.
‘Tja kind, we moddere maar door maar ze zijn van plan om de wc ’s naar bove te gooie. Nou en dan kan ik het schudde. Denk je dat de mense de moeite  neme om naar bove te gaan voor een plas? De oudjes kenne dat niet en de jonkies zijn d’r te beroerd voor,  die zijn al te lui dat ze de dag aankijke.  Kijk… als ze d’r nou nog een lift tegenaan gooien, maar alleen een roltrap naar bove zet geen zode an de dijk, je mot toch ook weer ’s naar benede en dan wordt een  trap een belemmering. Nee, ’t mag allemaal niet te veel koste.

Ik mag blij zijn als ik het zelf ga redden met dat poot,’ en ze trekt haar jasschort omhoog waardoor een smal litteken zichtbaar wordt van zeker twintig centimeter. De lange witte streep loopt vanaf haar scheenbeen tot halverwege haar immense dij en glinstert in het tl licht. Ze kijkt er zelf met bewondering naar alsof het formaat van het litteken én haar dij haar nu pas echt opvalt.
‘Kunstknie…  nu zo’n twee jaar gelede. Ja, meid ouderdom komt met gebreken, en mijn gebrek is twee rotte knieë.’

'Hé lekker ding, jij mag doorlope hoor. Kijk mop de tweede is vrij.’ Ze loods een grote dikke man, - grote bruine aktetas, slobberig donkerblauw pak, rond de buik te strak, de pijpen en mouwen te kort en de schouders te wijd- het smalle gangpad door naar het vrije toilet. ‘Ik kan me d’r verder goed mee redden hoor alleen traplopen gaat een beetje moeizaam. Nou mot me andere knie d’r binnenkort ook aan gelove maar als ik dan steeds naar beneden mot lope….   Houw maar op schei maar uit.

‘En ik mot een kostuum van  hier an… Nou ja kostuum, niks bijzonders eigenlijk. Gewoon een rok en een blouse met hun logo d’r op. In zo’n lekkere knalkleur weet je wel. Je loopt gewoon voor gek,  maar ja… het is verplicht hé. Stel je ’s voor dat de mense vergete in welke winkel ze op de plee zitte. ’t Is alleen zo zonde van al me eige mooie klere. Dat hangt dan maar in de kast. Die ene keer in de week dat ik ze an kan is als ik naar de club ga. Had ik je dat al verteld?  Elke vrijdag  ga ik met een vriendin naar  het buurthuis. Eerst drinken we gezellig met ze alle een kop koffie  en daarna gaan we lekker sjoele. Nou van die ene keer in de week zulle me goeie klere niet slijte. Hé jasses… loop ik straks met zo’n joekel van een letter op me rug, ’t lijkt wel sinterklaas. Maar je hebt niks in te brenge hé, ze duwe ‘t gewoon door je strot dus je hebt ‘t maar te slikke. '
'Dag lieverd, fijne dag nog en de groetjes thuis hé.’ De man met z’n bruine aktetas en blauwe slobberpak wurmt  zich weer door het smalle pad naar buiten.

‘Wat een type hé? Hij lijkt een beetje op een verzekeringsagent die vroeger bij ons over de vloer kwam. Toen kwamen ze nog an de deur hé om de cente uit je zak te kloppe. Ook zo’n grote dikke kerel met  lange dunne armen en bene en van die kleine kleffe handjes. Gadverdamme, ik word nog misselijk als ik aan die kleffe jatten denk. Maar als ie weer weg ging moest je zo’n hand wel schudde natuurlijk. Zodra die de deur uit was ginge mijn handen onder de kraan.  Goh…. Hoe heette die nou ook alweer….meneer Gienke, Schienke… hé dat ik er nou niet op kan komme hé? Dat zeg ik ouderdom… Dat komt ook omdat me man en ik hem altijd Jan met de kleffe handjes noemde. Oh meid, d’r is ter ééntje vrij.’

Ik loop richting damestoiletten en hoor haar ineens opgelucht roepen…
‘Meneer Schellekens…  dát was ‘t.’




Copyright © Ingrid Punt april 2011


Geen opmerkingen:

Een reactie posten